De hoer en het beest. Openbaring 13 – 19.
( een leerdicht om te komen tot inzicht )
Babylon – poort van de goden
is haar officiële naam –
doet alles wat God heeft verboden * * 17: 2 + 4 – 6.
en heeft toch, desondanks, veel faam.
Zij heeft de economie in handen, * * 18: 3 + 9 + 11 – 19.
waardoor zij iedereen regeert.
Ik hoor het beest al knarsetanden
van haat, waardoor het wordt verteerd. * * 17: 16.
Zij zegt in haar hart: “Ik ben het, * * 18: 7 + Jes. 47: 7 – 10
ik troon als koningin.
Waarom zou het anders worden?
Alles blijft zoals bij ’t begin!
Ik zal geen weduwe worden,
want ik ben de grote hoer
die geen rouw heeft over haar kinderen,
ze komen hier toch over de vloer?!”
Dan spreekt God in Zijn grimmigheid:
“Wie denk jíj wel dat je bent?
Je hebt je van Mij afgewend!
Nu is het dan ook Míjn tijd!
Op één dag zal het komen * * 18: 8 + Jes. 47: 9 + 11
– die dag is bij Mij bekend –
de dag waarop jij machteloos bent
en het uit is met je dromen”.
Het beest uit de zee met zijn grote kracht * * 13: 1 – 7.
– gekregen van de draak –
krijgt van de 10 koningen nóg meer macht… * * 17: 12 – 13.
En dan is het ook werkelijk raak,
want de politieke- en militaire macht * * 17: 9 – 14.
– het kenmerk van het beest –
die toch al zo veel ellende bracht,
barst los, zoals ’t nooit eerder is geweest.
De wereldhandel en -economie
storten donderend in elkaar.
Elke koopman zakt jammerend door de knie,* 18: 11 + 15 – 16.
en iedereen maakt groot misbaar.
Het beest stort zich dan op de hoer, * * 17: 16 – 17.
bevrijdt zich van haar macht,
en geeft haar lichaam dan als voer,
zoals God, de Heer, het had bedacht.
Haar resten worden ook verbrand,
zodat iedereen het ziet.
En menigeen staat aan de kant, * * 18: 9 – 19.
verstijfd…..begrijpt het niet.
Het beest, de anti-christ, gaat door, * * 19: 19.
verzamelt and’ren om zich heen.
Veel koningen geven daaraan gehoor,
een heel groot leger komt op de been.
Zijn doel is de Man op ’t witte paard, * * 19: 11 – 13.
Wiens naam is: Woord van God.
De overwinning is hem heel veel waard…..
Toch krijgt hij een ander lot,
want hij wordt gegrepen nog vóór de strijd, * 19: 20.
samen met de valse profeet, * * 13: 11 – 17.
die, in de voorafgaande, goddeloze tijd,
veel verleidelijke wonderen deed.
Ze worden geworpen in de poel van vuur,
van zwavel, en van pijn.
Voor de duivel komt straks ook het uur * * 20: 10.
dat hij daarbij zal zijn.
* Hoererij, overspel en ontucht worden in de Bijbel meestal gezien als het zich afkeren van de Here en het dienen van andere ‘goden’. ( Jesaja 57: 3 + Jeremia 9: 2 + Hosea 1: 2 + 3: 1 ).
Bas Bronkhorst.
12 – 13 oktober 2011.
